(Cyber)pesten


Pesten. Niemand wordt er blij of beter van en het kan blijvende schade veroorzaken.

Gelukkig besteden veel scholen aandacht aan dit onderwerp en zijn er protocollen voorhanden. Helaas zien we ook dat pesten hier niet altijd mee voorkomen wordt. En zeker cyberpesten niet. Cyberpesten is de digitale vorm van pesten, die vaak nog meer impact heeft dan niet digitaal pesten.

Merkt u dat pesten ook bij u op school af en toe de kop opsteekt en wilt u er op een speelse manier aandacht aan besteden? Kies dan een van onderstaande workshops en breng het onderwerp in een spel ter sprake.

Tijdsduur per workshop ongeveer 1 uur en geschikt voor de groepen 7 en 8 van de basisschool en voor de eerste twee leerjaren van het voortgezet onderwijs. Indien gewenst kunnen de workshops ook aan andere groepen van de basisschool worden aangepast.

Vraagt u zich af of (Cyber)pesten bij u op school plaatsvindt? Neem dan eens deze enquête bij uw leerlingen af en ga het gesprek met ze aan! Heeft u naar aanleiding van de enquête vragen of heeft u behoefte aan een workshop? Neem hiervoor gerust contact op!

Akkoord of niet ?- stellingspel

Doelstelling:

  • Leerlingen zien de link tussen persoonlijke informatie en cyberpesten.
  • Leerlingen snappen het verschil tussen pesten en plagen.
  • Leerlingen beseffen dat cyberpesten een ernstige zaak is.

Opzet: Leerlingen krijgen een stelling te horen en kiezen daarna een hoek uit in de klas die staat voor akkoord, niet akkoord of neutraal. Daarna laat je ze aan het woord over hun visie.

Of

 Het slechtste van twee werelden

Doelstelling:

  • Leerlingen zien de link tussen cyberpesten en ‘klassiek pesten’.
  • Leerlingen leren de ernst inschatten van pestsituaties.
  • Leerlingen leren de ernst inschatten van cyberpestsituaties.

Opzet: Aan de hand van situaties die op een kaart beschreven staan, gaan leerlingen zich in een denkbeeldige lijn positioneren van situaties die helemaal niet erg zijn, naar heel erge situaties. De leerlingen moeten het met elkaar eens zijn over waar een volgende persoon komt te staan. Is de situatie erger, of minder erg. En waarom dan?

Of

Plagen, pesten, plagen, pesten, plagen,…

Doelstelling:

  • Leerlingen leren een onderscheid maken tussen plagen en pesten en zien dat dit voor iedereen verschillend kan zijn.
  • Leerlingen worden zich bewust van hun eigen grenzen.
  • Leerlingen worden zich bewust van de grenzen van anderen.
  • Leerlingen leren de ernst van een cyberpestprobleem inschatten.
  • Leerlingen denken na over oplossingsstrategieën.

Opzet: Leerlingen zitten in een kring en krijgen allemaal een kaartje met “Deze situatie vind ik OK”, “Hier voel ik me wat ongemakkelijk bij maar ook niet meer dan dat”, “Dit vind ik eigenlijk te ver gaan, maar ik reageer niet omdat…”, “Dit is echt pesten! Ik reageer door…”. Aan de hand van situatieschetsen, kiezen leerlingen een kaartje. Vervolgens wordt een aantal naar hun keuze gevraagd. Een aantal situaties zijn tweeledig; een real life gebeurtenis waarover de kinderen hun mening vormen en hierna de cyber variant. Veranderen kinderen dan van mening en waarom?

Deze workshops zijn eventueel ook te combineren met bijvoorbeeld Veilig gebruik van Internet.